De Jiddische mama is het thema van het zomernummer van de Benjamin, wat inhaakt op de themadag van JMW en Crescas over het onderwerp op zondag 20 juni. Alle emoties rondom de Jiddische mama zijn ook veelvuldig in muziek uitgedrukt, en Karien Anstadt schrijft in de Benjamin (en hieronder) over een van de bekendste liedjes, My Yiddishe Momme, onder meer vertolkt door Leo Fuld. We willen ook een andere absolute klassieker nog een keer onder de aandacht brengen, van het duo Simon Hammelburg en de in 2015 overleden Ron Klipstein. Voor ieder wie van de komische noot houdt en een beetje bekend is met de Jiddische mama:
En hier een meer traditionele versie van Leon Fuld
Uit de Benjamin:
My Yiddishe Momme, Hoe een lied de wereld veroverde
TEKST KARIEN ANSTADT
Over de Jiddische mama is veel geschreven: positief, negatief en op humoristische wijze. Maar het monument voor haar bij uitstek is het nostalgische lied My Yiddishe Momme uit 1925, geschreven door Jack Yellen en Lew Pollack en beroemd gemaakt door Sophie Tucker. Een evergreen.
Sophie Tucker, die als Sonia Kalish in 1887 in de Oekraïne in een Joods gezin werd geboren, emigreerde al jong met haar familie naar de VS. In 1903 trouwde ze met Louis Tuck, aan wie ze haar artiestennaam ontleende. Op jonge leeftijd zong ze al in het restaurant van haar ouders in Connecticut. Later speelde ze piano en zong ze vaudevilleliedjes in kleine theaters in New York. In de loop van de jaren ‘20 namen haar bekendheid en populariteit als zangeres, comédienne en entertainer toe.
Sophie Tucker zong My Yiddishe Momme, speciaal voor haar geschreven door Jack Yellen, voor het eerst in 1925 na de dood van haar moeder. Op de oorspronkelijke grammofoonplaat zingt zij het lied op de ene kant in het Engels en op de andere kant in het Jiddisch. In 1928 werd het in de VS een hit en kwam het in de top 5. En zo begon My Yiddishe Momme een zegetocht door de wereld.
Leo Fuld in Nederland
In Nederland hebben we Leo Fuld (1912-1997). Hij werd in Rotterdam geboren als derde van tien kinderen in een arm Joods gezin. Omdat Fuld goed kon leren kreeg hij een studiebeurs waarmee hij voor rabbijn wilde studeren. Toen de rector van het Israëlitisch Seminarie hem echter hoorde zingen, stuurde hij hem als chazan naar de sjoels in de provincie. Hij kreeg toen zoveel plezier in het zingen dat hij zijn studie afbrak en besloot zanger te worden.
“Je moet wel van steen zijn om niet ontroerd te raken.”
In 1931 kreeg hij de kans om op te treden in het TipTop theater in Amsterdam. En daarmee nam zijn zangcarrière een vlucht. Toen hij bij de VARA-radio auditie deed met een Jiddisch lied werd hij meteen aangenomen en trad hij minstens één keer per week op. Ook in Engeland en Duitsland kreeg hij de kans om op te treden en verwierf hij bekendheid. Zijn eerste grammofoonplaat, in 1933, werd opgenomen in Berlijn en bestond voor de helft uit Jiddische liedjes. Ten slotte werd ook hij in 1934 beroemd met My Yiddishe Mama.
Wat is er toch met dat lied?
Ja, wat is er toch met dat lied, vroeg ik me af na het beluisteren van talloze versies. Sentimenteel? Misschien. Maar de melodie en tekst zijn zo weemoedig dat je wel van steen moet zijn om niet ontroerd te raken. Met dank aan componisten en tekstschrijvers Jack Yellen en Lew Pollack. Beiden waren grote bekendheden tijdens de eerste helft van de twintigste eeuw met onder meer classics als Happy Days Are Here Again en Charmaine.
Sophie Tucker, 1930
Ze hebben met dit lied zoveel zangers geïnspireerd tot een vertolking en dat tot op de dag van vandaag. Op YouTube vinden we wel meer dan twintig versies. In Nederland zijn dat naast Leo Fuld een opname van Bob Scholte (1902 -1983), waarschijnlijk van vlak na de oorlog, maar ook van Jenny Arean met een geheel eigen versie. Daarnaast vinden we vertolkingen van beroemde sterren van over de hele wereld. Van de Barry Sisters, Billy Holiday, Tom Jones, Neil Sedaka, Connie Francis en Ray Charles, die het zingt in een aflevering van The Nanny.
De Argentijnse Carlos Argentino zingt het deels in het Spaans, a mi madre querida, met een duidelijk Argentijnse begeleiding. Maar er zijn ook Russische, Finse, Duitse en Hongaarse versies. Een van de mooiste vertolkingen vind ik die van Charles Aznavour. Moest hij aan zijn eigen Armeense moeder denken? Het lied lijkt bij iedereen die een moeder heeft, en met haar een goede band heeft – of er een zou willen hebben – een snaar te raken.
“Een icoon van de Joodse moeder uit een voorbije tijd, een ode aan de Jiddische mama.”
Terug naar de Joodse moeders en het verleden. De in Frankrijk wonende Regine Zylberberg zingt My Yiddishe Momme in het Jiddisch, maar ze is niet te zien. Je ziet alleen beelden van Parijse Joden in oorlogstijd, gezinnen met een ster. Het mist z’n uitwerking niet want je schiet direct vol als je je realiseert dat die moeders de oorlog niet overleefd hebben. Wat blijft is een icoon van de Joodse moeder uit een voorbije tijd, een ode aan de Jiddische mama. •